Martina de la Cruz en haar dochtertje in hun winkeltje in het plaatsje Reparadero op de Dominicaanse Republiek. In de ‘colmadito’ verkoopt ze levensmiddelen en snoep.
In 2006 ging ik voor CLAT-Nederland, destijds een solidariteitsorganisatie met de Latijns-Amerikaanse vakbeweging, naar de Dominicaanse Republiek en Venezuela. Ik maakte voor CLAT een brochure over emancipatie- en ondersteuningsprojecten die de lokale afdelingen van de vakcentrale in beide landen hadden opgezet. (Klik op de foto’s om ze te vergroten.)
Meisje staart naar de zee nabij de haven van de Dominicaanse hoofdstad Santo Domingo.
Mensen spelen domino op straat in Santo Domingo.
Carlos Camacho en zijn assistente waren belminuutverkopers in de Venezolaanse stad Maracay. In Venezuela waren er in die tijd duizenden op de straten: ze hadden verschillende telefoons met abonnementen bij verschillende providers. Mensen konden tegen een kleine vergoeding bij hen bellen, of gebeld worden.
In Venezuela was de socialistische president Hugo Chavez al sinds 1999 aan de macht. Zijn ouderwets socialistische beleid naar Cubaans voorbeeld leidde in 2006 al tot voorzichtig uitgesproken kritiek, en economisch ging het ook toen al niet voorbeeldig. De overheidspropaganda, inclusief portretten en leuzen van Che Guevara, draaide op volle toeren.